De
afgelopen maanden ben ik samen met Mechtild Kets bezig geweest om een workshop
te ontwikkelen rond het thema ‘circulaire economie in relatie tot mode en
textiel’. We waren gevraagd door de BMA (Branchevereniging van Mode Ambachten)om deze workshop uit te voeren tijdens het European Master Tailor Congres in
het Hotel Inntel in Zaandam. Deelnemers kwamen uit Taiwan, Duitsland, Finland,
Oostenrijk, Zwitserland en Nederland. De voertaal was Duits met vertaling naar
het Engels.
‘Minder produceren, meer
waarde toevoegen’ was de titel van de workshop die we afgelopen
vrijdag gaven aan de 110 Internationale deelnemers van het congres. Ons doel
was om te inspireren tot een andere benadering en op een actieve manier te
laten ervaren wat mogelijk is. Hoe kunnen we samen ons vakgebied veranderen en
de CO2 footprint van de mode-industrie drastisch verkleinen? Consumenten willen- terecht- steeds vaker
weten waar een kledingstuk vandaan komt, en hoe het is gemaakt. Daar ligt een
grote kans voor kleermakers, coupeuses en modevakscholen! Om diezelfde
consument te overtuigen dat niet de prijs bepalend is, maar de waarde van een
goed kledingstuk!
Vooraf was gevraagd om een
lievelingsstuk textiel mee te nemen en op een label te schrijven waarom dit een
belangrijk stuk is. Er kwam een grote diversiteit aan textiel binnen. Dit werd gepresenteerd als een expositie in de ruimte waar de lezingen plaats
vonden. De verhalen die verteld werden tijdens de presentatie waren van een
grote betrokkenheid. Er ontstonden mooie interviews toen we een aantal
deelnemers naar voren vroegen.
Zo hingen er een paar honderd jaar oude
gehaakte handschoenen gedragen door opeenvolgende generaties vrouwen in een
familie.
Een eerste proefmodel (toile) waarop de
maakster heel trots was en waardoor ze zeker wist dat ze haar passie had
gevonden.
Een lange grijze wollen jas bleek jaren geleden gepresenteerd te zijn
als meesterstuk en had het gebracht tot een foto in het tijdschrift
‘Rundschau’.
Mijn inzending hiervoor was een witte wollen Afghaanse muts die ik heb gekregen van oud leerling Nahad waar
binnenin een voering zat die gemaakt was van kleding uit het ziekenhuis in
Vejle (Denemarken).
Mechtild haar inzending was haar doopjurk die eerst de
bruidsjurk van haar moeder was geweest, vervolgens de bekleding van de wieg en
deels voor de doopjurk.
Het meest verre stuk kwam van de
delegatie uit Taiwan die een kleurrijke handgeweven wollen shawl mee hadden
genomen waarin veel symbolen te lezen waren.
Het was een goed begin waardoor de
deelnemers allemaal betrokken werden in het grote verhaal wat we wilden
vertellen.
Na een korte film waarin de ander kant
n.l. de sterk vervuilende kant van de mode-industrie te zien was presenteerden
wij alternatieven in een wervelende en inspirerende dia presentatie waarin we
voorbeelden lieten zien hoe je waarde aan een kledingstuk kunt toevoegen.
Een
mooi voorbeeld hiervan is het colbert van het Berlijnse ontwerpduo SchmidtTakahashi die een trui op een prachtig manier verwerken in een colbert.
De
Japanse ontwerper Junya Watanabe maakte deze jurk van oude jeans. Je kunt je
voorstellen dat in elk deel wat gebruikt is een verhaal van de drager/draagster
van de jeans zit.
Na de presentatie die met veel
enthousiasme ontvangen werd was het tijd voor de deelnemers om zelf aan de slag
te gaan met ideeën. Daarvoor waren er in de ruimte een groot aantal met gedoneerde stoffen
gevulde boxen gezet.
Aan een kledingrek hingen oude kledingstukken en een groot aantal van ongebleekt katoen gemaakte tunieken in verschillende maten. De tunieken waren natuurlijk met liefde gemaakt door een aantal leden van de BMA.
Deze zouden dienst gaan doen als ‘schetsboek’
waarop geëxperimenteerd kon worden met stoffen en delen van kledingstukken om
zo tot een eerste verkenning te komen naar anders denken en doen. In groepen
van vijf ging men aan de slag waarbij een deelnemer model was en de anderen
samen een outfit moesten construeren op de tuniek.
Alles was daarbij geoorloofd. Er was
direct enthousiasme, actie en beweging in de ruimte. De ‘makers’ gingen aan de slag. Tunieken
werden aangetrokken.
De boxen met stoffen werden doorzocht en kledingstukken
werden meegenomen.
Mouwen van overhemden werden afgeknipt
en stoffen werden verknipt. Er werd handmatig genaaid en gespeld waarbij
natuurlijk een doos spelden op de vloer viel.
Kragen ontstonden vanuit moulage
waarbij te zien was dat er veel kennis in huis was bij de deelnemers.
Een
overhemd werd omgekeerd aangetrokken en vandaar uit ontstond een nieuw idee.
Er werd geknipt.
Er werd gescheurd.
Er werd gelachen en plezier gemaakt.
Omdat ook samenwerken een onderdeel
was ontstonden er mooie overlegsituaties waarbij men gezamenlijk tot een
oplossing moest komen.
Energie denderde door de zaal waarbij er ook erg hard gewerkt werd. Na 45
minuten was het tijd om de eindresultaten te bekijken wat een zeer vrolijk
fotomoment gaf.
Daarna kregen de deelnemers te horen
dat het kledingstuk afgemaakt dient te worden en zo mee gaat doen aan een
wedstrijd georganiseerd door de BMA waarbij de resultaten geshowd zullen worden
op de technische vakdag van de BMA op 17 november.
Daarop kwamen enthousiaste
reacties en we kunnen er vanuit gaan dat er kledingstukken ingeleverd zullen
worden.
Na de workshop ging het direct door
met de beurs waarop Mechtild haar ‘printing on demand stoffen’ van haar merk Kets Design liet zien en
verkocht.
Daarnaast hadden we een deel
ingeruimd hadden voor de prachtige stoffen van het bedrijf Ecological Textiles
uit Roermond.
Het was een geweldige ervaring voor ons om onze ideeën voor zo'n groot en bijzonder publiek te presenteren.
We kregen heel veel positieve reacties
en vragen over onze workshop en gaan aan de slag om het nog op andere plekken
te doen.
Dit omdat we denken dat we zo een deel
kunnen bijdragen aan een zeer noodzakelijke verandering van denken binnen de
kledingindustrie.
Klik op deze LINK om meer foto's te zien.