Gisteren begonnen mijn tweedejaarsleerlingen van de afdeling Mode Maatkleding met een bijzonder project. Ik had hen de opdracht gegeven kleding te ontwerpen voor vijf vrouwen die in een rolstoel zitten. Het project duurt tien weken. Bij de start waren de vijf rolstoel-dames aanwezig. Ze verschilden sterk in leeftijd. Ook de redenen waarom ze in een rolstoel zijn beland, varieerden: van een hoge dwarslaesie, een linkszijdige verlamming door een hersenbloeding tot aangeboren spierafwijkingen. Het werd een bijzondere middag waarbij iedereen werd geraakt.
Tijdens de voorstelronde zei mijn leerling Elissa dat ze het bijzonder en emotioneel vond om dit te mogen doen en dat ze door kleding te ontwerpen graag met mensen in contact wou komen. Later bekende ze dat ze even had moeten huilen op de gang.
Tijdens de voorstelronde zei mijn leerling Elissa dat ze het bijzonder en emotioneel vond om dit te mogen doen en dat ze door kleding te ontwerpen graag met mensen in contact wou komen. Later bekende ze dat ze even had moeten huilen op de gang.
Na de voorstelronde ging de groep in kleine groepjes uiteen om de vrouwen te vragen naar hun wensen. En die waren er. Kleding voor mensen die dagelijks in een rolstoel zitten, moet aan bepaalde eisen voldoen: bijvoorbeeld zachte stof, geen kontzakken, broeken hoger van achter dan van voor. Later namen de leerlingen zorgvuldig de maten op.
Ik liep ondertussen rond, luisterde en genoot. En ik realiseerde me dat ik iemand ben die graag verbindingen maakt. De dag daarvoor had ik de prachtige tentoonstelling 'The Future of Fashion is Now' gezien in museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam. Daar las ik het volgende statement van modeontwerper Tania Candiani:
Ik liep ondertussen rond, luisterde en genoot. En ik realiseerde me dat ik iemand ben die graag verbindingen maakt. De dag daarvoor had ik de prachtige tentoonstelling 'The Future of Fashion is Now' gezien in museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam. Daar las ik het volgende statement van modeontwerper Tania Candiani:
Dat kwam bij mij binnen. Ik moest eraan terug denken toen ik keek en luisterde naar mijn leerlingen en de vrouwen in hun rolstoelen. Ze maakten verbinding met elkaar. En ik had ervoor gezorgd dat ze dat konden doen.
Verbindingen maken. Omstandigheden creëren die dat mogelijk maken. Dat kan ik. En dat is een richting waar ik aan denk in verband met mijn overstap.